Het hebben van diabetes is hetzelfde als topsport bedrijven, toch?
Mensen met diabetes antwoorden doorgaans met een volmondig “ja!”. Topsporters hoor je denken: “echt niet”. Topsporters met diabetes kunnen vergelijken. Misschien heeft het verhaal meerdere kanten. Laten we de overeenkomsten en de verschillen eens bekijken, eerst de verschillen.
Diabetes hebben overkomt je terwijl je voor topsport kiest
Dit is wat mij betreft het grootste verschil: heel veel mensen zouden heel graag topsporter willen zijn. Sommigen dromen er zelfs over om bij Real Madrid te spelen, een olympische marathon te rennen of op Wimbledon matchpoint in de finale te verzilveren. En voor sommigen blijft het niet bij dromen, die kiezen er ook echt voor. Het aantal afvallers overtreft het aantal die de beker uiteindelijk wel een keer omhoog mag houden. Dat weerhoudt weinigen het niet te proberen. Topsporters houden ervan de beste te willen zijn en daarvoor te strijden. Proberen beter te zijn dat de rest. Niet iedereen is zo en veel mensen hebben niets met deze wil om te winnen. En toch krijg je een opdracht in de schoot geworpen een prestatie neer te zetten. Dat voelt ongemakkelijk. De eerste die graag diabetes wil hebben moet ik nog tegenkomen. En gaat nooit gebeuren.
Je komt niet op een podium met een medaille om je nek
Met een medaille, waardering of een mooi contract in het vooruitzicht neem je tegenslagen sneller voor lief. Je kunt zeggen dat de medaille voor mensen met diabetes is dat je een normaal leven kunt leiden alsof je geen diabetes hebt. Dat is inderdaad wel een mooie wens. Maar dat voelt toch alsof een topsporter blij moet zijn met een kaartje op de tribune voor een Champions League finale. Heel mooi, maar als topsporter wil je in het veld staan. Een kaartje kopen voor de CL finale kan iedereen (als je er snel bij bent). Nee een echt heilig doel als je diabetes hebt, ontbreekt. Als je je lidmaatschap voor diabetes kon opzeggen, deed iedereen dat meteen.
Maar er zijn ook overeenkomsten...
Het doel is duidelijk
Een doel vaststellen is makkelijk, behalve als je niet goed in de gaten hebt wat ervoor nodig is om je doel te halen. Aan het begin van een sportjaar hoor je in veel kleedkamers spelers zeggen dat ze kampioen willen worden en toch wordt die titel maar aan 1 team uitgereikt. Het kiezen van een doel hangt nauw samen met het maken van de juiste keuzes en je te committeren aan doen wat er nodig is om die doelstelling te halen. Daar waar een topsporter meestal zelf een realistisch, doch ambitieus doel vaststelt krijg je als je diabetes hebt in eerste instantie een doel opgelegd van de zorgverleners: voorop staat dat je een leuk leven kunt hebben maar daarnaast ook een ongeveer 70% Time in Range. Sommige vinden dat heel erg lastig, anderen daarentegen mikken op 85%. Het is belangrijk om je doel helder te hebben en bespreekbaar te maken met je zorgteam. Als je de hele dag op je tenen moet lopen om 85% TiR te hebben, kun je de lat wellicht ook iets minder hoog leggen.
Je werkt allebei in een team dat in dienst staat om jou optimaal te laten ‘presteren’
Als topsporter kies jij vaak het team waar je mee gaat samenwerken. Je kunt ook zeggen dat je te maken krijgt met het team waar je speelt. Maar JIJ kiest waar je gaat spelen en het begeleidingsteam is een van de belangrijkste keuzes die je kunt maken. Als je goed wilt presteren kies je, wat mij betreft in eerste instantie voor de coaches en begeleiders die jou het beste kunnen helpen. Dat geldt ook voor zorgverleners. Natuurlijk, als je doorverwezen wordt naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis na je diagnose ga je daar blind naar toe. Maar als je het idee hebt dat je daar niet optimaal begeleid wordt, kun je ook eens rondkijken. Dat doen sporters ook. Je kunt een internist of kinderarts vergelijken met een trainer coach. Allen geven leiding aan het begeleidingsteam. En proberen je binnen hun kaders zo goed als mogelijk te begeleiden. Maar als dat niet klikt, kun je ook voor een ander team kiezen.
Uiteindelijk sta je er alleen voor.
Soms of voor sommigen voelt het hebben van diabetes als een strijd, de hele dag door. Een strijd die onzichtbaar is voor anderen. Je hebt een heel klein clubje (als je geluk hebt) waar je goed kunt praten over de uitdagingen en gevoelens die bij deze strijd komen kijken. Soms zet je het masker op als je er op uit trekt en merken mensen misschien niets aan je. Terwijl je toch tientallen keren per dag bezig bent je bloedglucosewaarden stabiel te houden. Sporters daarentegen hebben het een stuk makkelijker, die mogen af en toe een wedstrijd spelen, krijgen goed betaald en krijgen veel aandacht. *trekt de naald van de plaat af. Ho stop, dat is het beeld dat mensen van topsporters hebben. Maar er zijn ook sporters die iedere ochtend eerst naar school of werk gaan en als dat klaar is weer richting sportschool gaan. Die blessure zorgt iedere dag voor pijn, ondanks de dagelijkse fysiotherapie. Vlak voor het eindtoernooi hoor je dat je niet geselecteerd bent, niet goed genoeg. Op social media blijft dat niet onopgemerkt. En de krant op maandag sla je ook niet meer open omdat er negatief over je geschreven wordt. Door mensen die geen idee hebben wat er allemaal gebeurt. Ik chargeer een klein beetje maar er zijn helaas veel voorbeelden van mensen die het leven als topsporter enorm zwaar vinden. Het vergt voor mensen met diabetes én topsporters veel tijd, moed, stress en regelmatig het omgaan met fysieke en mentale tegenslag.



Dus kunnen we een antwoord geven op de vraag in de titel?
Nee. Iedereen heeft zijn eigen gedachten over hoe zwaar een leven met diabetes of een leven als topsporter is. Het heeft geen zin om die met elkaar te vergelijken. Het enige dat je kunt zeggen is dat topsporters wel altijd zicht hebben op een ultiem moment van geluk. De hoogste plek op een podium, welk podium dan ook. De enigen die dat podium voor mensen met diabetes kunnen bouwen zijn de onderzoekers en wetenschappers. Als zij met een oplossing komen voor diabetes type 1, dan gaan we met z’n 100.000’en op het hoogste podium staan. En dat zal dan net zo lekker voelen als een olympische gouden medaille.